Auschwitz

Auschwitz I

In april 1940 besloot de Reichsführer SS en hoofd van de Duitse politie Heinrich Himmler in het zuiden van Polen een concentratiekamp in te richten.

Auschwitz
Auschwitz

Dit kamp bestond uit het oorspronkelijke, aangepaste en vergrote kazernecomplex even buiten de stad Oswiecim, door de nazi’s omgedoopt tot Auschwitz. Er moesten 20.000 gevangenen in ondergebracht kunnen worden. Ook de kampleiding was er gehuisvest.

Aanvankelijk werd het kamp ingericht om Poolse tegenstanders van het naziregime gevangen te zetten. In juni 1940 kwam het eerste transport met Poolse politieke gevangenen aan. Later arriveerden ook andere nationaliteiten, politieke tegenstanders van de nazi’s, opgepakte verzetsmensen, mensen met verschillende religies, krijgsgevangenen. Ze stierven door uitputting, honger besmettelijke ziektes, te zwaar werk of werden direct na aankomst doodgeschoten.
In het kamp werden ook medische experimenten uitgevoerd op gevangenen.
Vanaf 1942 groeide Auschwitz uit tot het grootste vernietigingskampvoor Joden uit heel Europa.

Birkenau – Auschwitz II

Auschwitz Birkenau
Auschwitz Birkenau

Eind maart 1941 werd Birkenau gebouwd een vernietigingkamp op ongeveer drie kilometer afstand van Auschwitz I. Birkenau is de Duitse naam voor het Poolse dorpje Brezinka, dat werd gesloopt om Birkenau te bouwen. Birkenau bestond uit een immens grote vlakte, ongeveer 175 hectaren, met honderden barakken en een spoorlijn in het midden. Bij de bouw van dit kamp kwamen duizenden gevangenen om het leven.
Het terrein werd omgeven door diepe sloten, hoge prikkeldraadversperringen die onder stroom stonden en wachttorens.
Hier werden na de selectie honderdduizenden Joden vergast goed georganiseerd als in een goed werkende fabriek. De doden werden in massagraven begraven. Door de bouw van vier grote gaskamers en crematoria werd de productie van de dood gigantisch opgevoerd.

Monowitz – Auschwitz III

Vanaf de tweede helft van 1942 werden kampgevangenen ingezet in de bewapeningsindustrie. Op zeven kilometer van het basiskamp stond een fabriek van het Duitse chemieconcern IG-Farben, gebouwd door gevangenen van Auschwitz in 1941 en bestemd voor de productie van synthetisch rubber.
Tussen 1942 en 1944 verrezen er ongeveer 40 nevenkampen, waar vuil, zwaar en soms gevaarlijk werd moest worden verricht.

Op 27 januari 1945 werd het kamp door Het Rode Leger bevrijd.

Vanaf half januari waren 60.000 gevangenen op ‘dodenmars’, lopend en later in open treinwagons naar kampen in Duitsland, Duizenden van hen stierven onderweg. Achtduizend doodzieke gevangenen werden in het kamp achtergelaten.

Het aantal dodelijke slachtoffers van Auschwitz-Birkenau is moeilijk vast te stellen omdat een onbekend aantal Joden zonder enige vorm van registratie direct na aankomst werden vergast. Het totale aantal wordt geschat op 1,5 miljoen.